medium
Niet te verwarren met: médium |
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·di·um
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘middel’ voor het eerst aangetroffen in 1636 [1]
- uit het Latijn medium: 'het midden, wat algemeen is'. De betekenis 'tussenstof of middel om iets over te brengen' bestaat in het Engels en Frans al sedert de 16e eeuw en is nog steeds gangbaar in de natuurkunde en communicatietheorie
1 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | medium | media |
verkleinwoord | - | - |
2 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | medium | mediums |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het medium o
- (informatica) een fysieke drager van informatie
- een overdrager van informatie uit andere dimensies, iemand met paranormale vermogens
- Het medium kon niet vertellen hoe het met onze overleden opa was.
- (natuurkunde) tussenstof, ether
- Een golf is een verstoring die propageert. Buiten elektromagnetische straling, die zich zonder meer kan voortplanten in de driedimensionale ruimte, hebben andere golven hiervoor een medium nodig
- Het experiment van Michelson-Morley wordt beschouwd als het eerste sterke bewijs tegen het bestaan van de ether, het medium ten opzichte waarvan het licht zich zou verplaatsen. [2]
- (scheikunde) oplosmiddel
- (communicatie) massacommunicatiemiddel
- In deze context denkt men bij het woord medium aan b.v. krant, tijdschrift, televisie, radio, internet
- middel om iets voor elkaar te krijgen, hulpmiddel, middel, remedie
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
stellend | |
---|---|
onverbogen | medium |
verbogen |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
medium
- (voeding) (kookkunst) tussen zoet en droog in
- ik hou alleen van medium sherry
- (voeding) (kookkunst) middelgroot
- (voeding) (kookkunst) tussen doorbakken en rauw in, half doorbakken
- kunt u mijn biefstuk s.v.p. medium bereiden?
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord medium staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "medium" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "medium" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wikipedia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Afrikaans
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn
Zelfstandig naamwoord
medium
- gemiddelde
- medium; een overdrager van informatie uit andere dimensies, iemand met paranormale vermogens
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Duits
Uitspraak
- IPA: /miːdi̯əm/, /meːdi̯ʊm/
Woordafbreking
- me·di·um
Bijvoeglijk naamwoord
medium
- (voeding)(kookkunst) medium; tussen doorbakken en rauw in, half doorbakken
- «Viele Leute essen ihr Steak am liebsten medium.»
- Veel mensen eten hun steak het liefst medium.
- «Viele Leute essen ihr Steak am liebsten medium.»
Synoniemen
Antoniemen
Pools
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn
Zelfstandig naamwoord
medium o
- medium; een overdrager van informatie uit andere dimensies, iemand met paranormale vermogens
- (informatica) medium; een fysieke drager van informatie
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /mɛdɪjʊm/
Woordafbreking
- me·dium
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn
Zelfstandig naamwoord
medium o
- (grammatica) medium; een grammaticale vorm van het werkwoord
- (informatica) medium; een fysieke drager van informatie
- (verouderd) medium; een overdrager van informatie uit andere dimensies, iemand met paranormale vermogens
- (verouderd)(communicatie) (vaak meervoud) medium; massacommunicatiemiddel
- (verouderd)(natuurkunde) medium; tussenstof, ether
- (verouderd) een type "halfzachte" wax voor ski's
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | medium | media |
genitief | media | medií |
datief | mediu | mediím |
accusatief | medium | media |
vocatief | medium | media |
locatief | mediu | mediích |
instrumentalis | mediem | medii |
Schrijfwijzen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.