zwemtochtje
- Geluid: zwemtochtje (hulp, bestand)
- zwem·tocht·je
het zwemtochtje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zwemtocht
- ▸ Goed doorvoede wilde ganzen maken een zwemtochtje over het meer, wilde eenden protesteren verontwaardigd: Rèhb-rhèb-rhèb-rhèb.[1]
- ↑ “Onder buren” (2021), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026356186