wegsmelt
- weg·smelt
vervoeging van |
---|
wegsmelten |
wegsmelt
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsmelten
- ... dat ik wegsmelt.
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsmelten
- ... dat jij wegsmelt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsmelten
- ... dat hij wegsmelt.