Nynorsk

Woordafbreking
  • vin·nast

Werkwoord

vinnast

  1. lijdende vorm met -st van vinna (betekenis [A]: oogsten)

Werkwoord

vinnast

  1. lijdende vorm met -st van vinna (betekenis [B]: winnen)

Werkwoord

vinnast

  1. lijdende vorm met -st van vinne (betekenis [A]: oogsten)

Werkwoord

vinnast

  1. lijdende vorm met -st van vinne (betekenis [B]: winnen)