verzwindt
- ver·zwindt
vervoeging van |
---|
verzwinden |
verzwindt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzwinden
- Jij verzwindt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzwinden
- Hij verzwindt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verzwinden
- Verzwindt!