verschuift
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verschuift (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·schuift
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verschuiven |
verschuift
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschuiven
- Jij verschuift.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschuiven
- Hij verschuift.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verschuiven
- Verschuift!