vermassert

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vermassert    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·mas·sert

Werkwoord

vervoeging van
vermasseren

vermassert

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermasseren
   

   • Jij vermassert. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermasseren
   

   • Hij vermassert. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vermasseren
   

   • Vermassert!