Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·tast

Werkwoord

vervoeging van
toetasten

toetast

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toetasten
    • ... dat ik toetast. 
  2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toetasten
    • ... dat jij toetast. 
  3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toetasten
    • ... dat hij toetast.