Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·di·men·teer

Werkwoord

vervoeging van
sedimenteren

sedimenteer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sedimenteren
    • Ik sedimenteer. 
  2. gebiedende wijs van sedimenteren
    • Sedimenteer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sedimenteren
    • Sedimenteer je?