ruitenwisserschakelaartjes

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rui·ten·wis·ser·scha·ke·laar·tjes

Zelfstandig naamwoord

de ruitenwisserschakelaartjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord ruitenwisserschakelaar