Deens

Woordafbreking
  • ords

Zelfstandig naamwoord

ords, o

  1. onbepaalde vorm genitief enkelvoud van ord

Zelfstandig naamwoord

ords, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van ord


Noors

Woordafbreking
  • ords

Zelfstandig naamwoord

ords, o

  1. onbepaalde vorm genitief enkelvoud van ord

Zelfstandig naamwoord

ords, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van ord


Zweeds

Woordafbreking
  • ords

Zelfstandig naamwoord

ords, o

  1. onbepaalde vorm genitief enkelvoud van ord

Zelfstandig naamwoord

ords, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van ord