mispeuterde
- Geluid: mispeuterde (hulp, bestand)
- mis·peu·ter·de
vervoeging van |
---|
mispeuteren |
mispeuterde
- enkelvoud verleden tijd van mispeuteren
- Ik mispeuterde.
- Jij mispeuterde.
- Hij, zij, het mispeuterde.
- Ik mispeuterde.
- verbogen vorm van mispeuterd, voltooid deelwoord van mispeuteren