intoxicate
- /ɪnˈtɒksɪkeɪt/
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to intoxicate |
he/she/it | intoxicates |
verleden tijd | intoxicated |
voltooid deelwoord |
intoxicated |
onvoltooid deelwoord |
intoxicating |
gebiedende wijs | intoxicate |
intoxicate
- overgankelijk benevelen, dronken maken
- «This new product intoxicates and then kills rats.»
- Dit nieuwe product benevelt ratten en doodt ze dan.
- «This new product intoxicates and then kills rats.»