hassebaste
- Geluid: hassebaste (hulp, bestand)
- has·se·bas·te
vervoeging van |
---|
hassebassen |
hassebaste
- enkelvoud verleden tijd van hassebassen
- Ik hassebaste.
- Jij hassebaste.
- Hij, zij, het hassebaste.
- Ik hassebaste.
vervoeging van |
---|
hassebassen |
hassebaste