fumes
- tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van fumer
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van fumer
fumes
- aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fumar
- gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fumar