• fry·se
Naar frequentie 2492

fryser

  1. tegenwoordige tijd van fryse (betekenis [A])

fryser

  1. tegenwoordige tijd van fryse (betekenis [B])

fryser, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van frys


  • fry·se
Betekenis: vriezen

fryser

  1. verouderde spelling of vorm van frys tot 2012
(verouderd) onbepaaalde vorm van frysa en fryse
Betekenis: invriezen

fryser

  1. tegenwoordige tijd van frysa
Betekenis: invriezen

fryser

  1. tegenwoordige tijd van fryse

fryser, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van fryse