Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
fonkelde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
fonkelde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
fon·kel·de
Werkwoord
vervoeging van
fonkelen
fonkelde
enkelvoud verleden tijd van
fonkelen
Ik
fonkelde
.
Jij
fonkelde
.
Hij, zij, het
fonkelde
.