extraheerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: extraheerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ex·tra·heer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
extraheren |
extraheerde
- enkelvoud verleden tijd van extraheren
- Ik extraheerde.
- Jij extraheerde.
- Hij, zij, het extraheerde.
- Ik extraheerde.