engrandeciese
vervoeging van |
---|
engrandecer |
engrandeciese
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van engrandecer
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van engrandecer
vervoeging van |
---|
engrandecer |
engrandeciese