vervoeging van
effacer

efface

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van effacer
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van effacer
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van effacer