doorstartten
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- door·start·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doorstarten |
doorstartten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van doorstarten
- ...dat wij doorstartten.
- ...dat jullie doorstartten.
- ...dat zij doorstartten.
- ...dat wij doorstartten.