demotiveer
- Geluid: demotiveer (hulp, bestand)
- de·mo·ti·veer
vervoeging van |
---|
demotiveren |
demotiveer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van demotiveren
- Ik demotiveer.
- gebiedende wijs van demotiveren
- Demotiveer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van demotiveren
- Demotiveer je?