centrifugeerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cen·tri·fu·geer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
centrifugeren |
centrifugeerde
- enkelvoud verleden tijd van centrifugeren
- Ik centrifugeerde.
- Jij centrifugeerde.
- Hij, zij, het centrifugeerde.
- Ik centrifugeerde.