vervoeging van
calculer

calcules

  1. tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van calculer
  2. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van calculer


vervoeging van
calcular

calcules

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calcular
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calcular