bourriner
bourriner
- (spreektaal) naaien, nemen
- «Il l'a bourrinée sans enlever ses pompes.»
- Hij heeft haar genomen zonder zijn schoenen uit te doen. [1]
- «Il l'a bourrinée sans enlever ses pompes.»
- (spreektaal) zich haasten, snel gaan
- «Depuis que j’ai l’ADLS, les téléchargements, ils bourrinent trop grave.»
- Sinds ik ADSL heb gaan die downloads supersnel. [1]
- «Depuis que j’ai l’ADLS, les téléchargements, ils bourrinent trop grave.»