• blød·de
Naar frequentie 11318

blødde, m / v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van blødd

blødde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van blødd

blødde

  1. verleden tijd van blø


  • blød·de

blødde, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van blødd

blødde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van blødd

blødde

  1. verleden tijd van blø

blødde

  1. verleden tijd van bløda

blødde

  1. verleden tijd van bløde