Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·ij·ver·de

Werkwoord

vervoeging van
beijveren

beijverde

  1. enkelvoud verleden tijd van beijveren
    • Ik beijverde. 
    • Jij beijverde. 
    • Hij, zij, het beijverde. 
  2. verbogen vorm van beijverd, voltooid deelwoord van beijveren