Engels

Uitspraak
stellend vergrotend overtreffend
affirmative more affirmative most affirmative

Bijvoeglijk naamwoord

affirmative

  1. bevestigend
    «He answered in the affirmative
    Hij antwoordde bevestigend.
  2. rechtstellend
    «South Africa has a policy of affirmative action.»
    Zuid-Afrika voert een politiek van rechtstellende actie.