Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
abbrevieerde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
abbrevieerde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
ab·bre·vi·eer·de
Werkwoord
vervoeging van
abbreviëren
abbrevieerde
enkelvoud verleden tijd van
abbreviëren
Ik
abbrevieerde
.
Jij
abbrevieerde
.
Hij, zij, het
abbrevieerde
.