zorgkosten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zorgkosten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzɔrəxˌkɔstə(n) / (3 of 4 lettergrepen)
Woordafbreking
- zorg·kos·ten
Woordherkomst en -opbouw
- alleen meervoud samenstelling van zorg zn en kosten zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | (zorgkost) * | zorgkosten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zorgkosten mv
- uitgaven aan beroepsmatige aandacht voor lichamelijke en geestelijke problemen
- Een vijfde van de Nederlandse bevolking is verantwoordelijk voor 80 procent van de zorgkosten [1]
Synoniemen
- zorgkost (minder gangbare vorm, zeker in Nederland)
Opmerkingen
- Het enkelvoud "zorgkost" heeft dezelfde betekenis en is dus voor wat betreft de betekenis niet het enkelvoud van "zorgkosten".
Gangbaarheid
- Het woord zorgkosten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.