zeikwijf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zeik·wijf
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeik ww en wijf zn
- [2] intensiverende vorm
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeikwijf | zeikwijven |
verkleinwoord | zeikwijfje | zeikwijfjes |
Zelfstandig naamwoord
het zeikwijf o
- (scheldwoord) vrouw die veel klaagt en zeurt
- (scheldwoord) onaangename vrouw
Synoniemen
- [2] klerewijf, kutwijf, pestwijf, pokkenwijf, rotwijf, takkewijf, teringwijf
Gangbaarheid
- Het woord zeikwijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeikwijf" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be