• vries vast
vervoeging van
vastvriezen

vries vast

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastvriezen
    • Ik vries vast. 
  2. gebiedende wijs van vastvriezen
    • Vries vast! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastvriezen
    • Vries je vast?