Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·spil·de

Werkwoord

vervoeging van
verspillen

verspilde

  1. enkelvoud verleden tijd van verspillen
    • Ik verspilde. 
    • Jij verspilde. 
    • Hij, zij, het verspilde. 
  2. verbogen vorm van verspild, voltooid deelwoord van verspillen