vernieuwend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vernieuwend (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·nieu·wend
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van vernieuwen met het achtervoegsel -d
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vernieuwend | vernieuwender | vernieuwendst |
verbogen | vernieuwende | vernieuwendere | vernieuwendste |
partitief | vernieuwends | vernieuwenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
vernieuwend
- innoverend, baanbrekend, grensverleggend, innovatief, betrekking hebbend op iets nieuw maken
- Het innoverende bedrijf had steeds vernieuwende ideeën om andere producten te maken.
Werkwoord
vervoeging van: | vernieuwen |
verbogen vorm: | vernieuwende |
vernieuwend
Gangbaarheid
- Het woord vernieuwend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vernieuwend" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be