verdoeken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·doe·ken
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
verdoeken [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verdoeken |
verdoekte |
verdoekt |
zwak -t | volledig |
- een oud schilderijk op nieuw doek overbrengen
- Rentoileren, verdoeken; eene oude schilderij op nieuw doek overbrengen, en het bedorvene daaraan verbeteren, welk laatste retoucheren genoemd wordt. [2]
- Ik sprak in een graftoon, Mina gebruikte al hare eigenwijze woorden - dat krijgt ze als ze geen plezier heeft en zich buiten haar gemak voelt en Van Deventer vertelde anecdoten van Koningen, waar ik geen syllabe van in mij kreeg en van dat hij in een Duitsch boek gelezen had hoe men schilderijen restaureeren moet - het zit 'm in het vernis, weet je en dan moeten ze alcohol dampbaden hebben en verdoeken en een heel oud schilderijtje in het Rijksmuseum, maar ze lezen hier dat boek niet. [3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord verdoeken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verdoeken" herkend door:
58 % | van de Nederlanders; |
40 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad (1858)–Petrus Weiland Kunstwoordenboek
- ↑ Lodewijk van Deyssel, Arnold Paul Constant Ising jr. Amsterdam 2 Maart 1889 De briefwisseling tussen Lodewijk van Deyssel en Arnold Ising jr., 1883-1904
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be