Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /vjɛdɛts/
Woordafbreking
  • vě·dec
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord věda met het achtervoegsel -ec

Zelfstandig naamwoord

vědec mbezield

  1. (beroep)(wetenschap) wetenschapper; iemand die de wetenschap beoefent
    «Podíl žen mezi vědci se výrazně zvýšil.»
    Het aantal vrouwen onder de wetenschappers is aanzienlijk verhoogd.
Verbuiging


Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Paroniemen

Meer informatie

Verwijzingen