transferpassagier

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • trans·fer·pas·sa·gier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord transferpassagier transferpassagiers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de transferpassagierm

  1. een passagier die een tussenstop maakt bij zijn reis met als doel van vervoermiddel te veranderen
     Ook budgetvlieger easyJet maakt zich zorgen om de positie van transferpassagiers in het nieuwe luchtvaartbeleid. Overstappers hebben een relatief groot aandeel in het vliegverkeer, maar vallen niet onder de vliegtaks die het kabinet in 2021 wil invoeren.[1]
     Het vliegveld is er trots op dat het met 317 bestemmingen een van de best verbonden luchthavens ter wereld is. Dat maakt het aantrekkelijk voor transferpassagiers om via Amsterdam te reizen.[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “EasyJet bezorgd om beleid transferpassagiers” (juni 2019), Reformatorisch Dagblad
  2.   Weblink bron
    Judith van de Hulsbeek
    “Omwonenden: Schiphol kan 100 bestemmingen missen” (14 mei 2022), NOS