temperatuurcoëfficiënt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tem·pe·ra·tuur·co·ef·fi·ci·ent
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord temperatuurcoëfficiënt temperatuurcoëfficiënten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de temperatuurcoëfficiëntm [1]

  1. (natuurkunde) de gevoeligheid van de elektrische weerstand van een materiaal voor schommelingen in de temperatuur (eenheid: kelvin−1)
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen