tekenend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·ke·nend
Werkwoord
vervoeging van: | tekenen |
verbogen vorm: | tekenende |
tekenend
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | tekenend | tekenender | tekenendst |
verbogen | tekenende | tekenendere | tekenendste |
partitief | tekenends | tekenenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
tekenend
- van iets dat het precies laat zien wat iets is of betekend
- Een weekend met z’n allen feesten, van je beste vriend tot aan je buurman. De magie van tentfeesten, in 7 tekenende momenten. [1]
- De meest tekenende sneer die ik de afgelopen week dan ook mocht ontvangen, was een oneindige variatie op de vraag of ik nou echt dacht dat ik hier iets mee ging bereiken. [2]
Synoniemen
Vertalingen
1. van iets dat het precies laat zien wat iets is of betekend
Gangbaarheid
- Het woord tekenend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tekenend" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Tubantia Bjorn Weinreder 02-05-16 De magie van het Twentse tentfeest in 7 momenten
- ↑ HP de Tijd 28/07 | 2018 Meredith Greer: ‘Ik ben liever een deugmens dan een zitzak’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be