suprematistisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- su·pre·ma·tis·tisch
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van suprematist met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | suprematistisch | suprematistischer | |
verbogen | suprematistische | suprematistischere | |
partitief | suprematistisch | suprematistischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
suprematistisch
- betrekking hebbend op het suprematisme
Gangbaarheid
- Het woord suprematistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.