Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sol·daat·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord (soldaat) (soldaten)
verkleinwoord soldaatje soldaatjes

Zelfstandig naamwoord

het soldaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord soldaat
  2. dim. tant. (bloemplanten) bepaald soort orchidee Orchis militaris  
  3. dim. tant. (kookkunst) langwerpig stuk toast om in een zachtgekookt ei te dopen
  4. dim. tant. (kevers) benaming voor insecten uit de familie Cantharidae   in de superfamilie Elateroidea  
    Soldaatjes hebben een zacht schild. Ze voeden zich met insecten, wat de kevers geliefd maakt bij tuinders, maar ze eten ook plantendelen zoals nectar en pollen.
  5. dim. tant. (kreeftachtigen) (Antilliaans-Nederlands) benaming voor heremietkreeften, Paguroidea  
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen