saxofonist
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: saxofonist (hulp, bestand)
Woordafbreking
- saxo·fo·nist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | saxofonist | saxofonisten |
verkleinwoord | saxofonistje | saxofonistjes |
Zelfstandig naamwoord
de saxofonist m
- (muziek), (beroep) iemand die (beroepshalve) saxofoon speelt
- De saxofonist speelde een improvisatie.
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. iemand die (beroepshalve) saxofoon speelt
Gangbaarheid
- Het woord saxofonist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "saxofonist" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be