roodoogmakikikker

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • rood·oog·ma·ki·kik·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord roodoogmakikikker roodoogmakikikkers
verkleinwoord roodoogmakikikkertje roodoogmakikikkertjes

Zelfstandig naamwoord

de roodoogmakikikkerm

  1. (kikkers) Agalychnis callidryas   een kikker uit de familie Phyllomedusidae. De kikker werd lange tijd tot de familie boomkikkers gerekend, zodat in veel literatuur deze verouderde situatie wordt vermeld
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie