romanesk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ro·ma·nesk
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van romantisch [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | romanesk | romanesker | romaneskst |
verbogen | romaneske | romaneskere | romaneskste |
partitief | romanesks | romaneskers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
romanesk [2]
- met de kleurrijke levendigheid zoals deze in een roman voorkomt
- Carrère schreef een biografische schelmenroman over de Russische politiek activist en bestsellerschrijver Edward Limonov, die, in de woorden van de schrijver, een ‘romanesk, gevaarlijk leven’ leidde. In Limonov schetst Carrère “tegelijkertijd in schrille kleuren de wanhoop van het huidige Rusland”, aldus de jury, onder voorzitterschap van Alexander Rinnooy Kan. [3]
- Als je een toneelstuk op de planken zet, is de vraag die je stelt: wat kan ik met deze woorden nog meer zeggen? Bij het maken van een toneelbewerking van een roman vraag je je af hoe je het moet aanpakken zodat het op een podium werkt. De toneelmachine is romanesk van aard, hoe meer je dat zichtbaar maakt, hoe mooier en sterker je stuk wordt. [4]
Synoniemen
Vertalingen
1. met de kleurrijke levendigheid zoals deze in een roman voorkomt
Gangbaarheid
- Het woord romanesk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "romanesk" herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ romanesk op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC 3 augustus 2013 Carrère krijgt Europese Literatuurprijs voor schelmenroman
- ↑ NRC Margot Dijkgraaf 16 september 2015 Houellebecq, maar dan hilarisch
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be