Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • pr·ší

Zelfstandig naamwoord

prší o

  1. (kaartspel) pesten
Verbuiging


Meer informatie

Werkwoord

prší

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord pršet
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord pršet