passagiersvervoer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pas·sa·giers·ver·voer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | passagiersvervoer | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het passagiersvervoer o
- (verkeer) het vervoer van personen naar een bepaalde bestemming
Vertalingen
1. het vervoer van personen naar een bepaalde bestemming
Gangbaarheid
- Het woord passagiersvervoer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028261396
- ↑ Weblink bron “Grootste luchtschip ter wereld moet passagiers gaan vervoeren” (13-01-2019), NOS