orchideeënfamilie
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- or·chi·dee·en·fa·mi·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | orchideeënfamilie | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de orchideeënfamilie v
- (bloemplanten) een van de grootste plantenfamilies Orchidaceae op aarde. Het aantal soorten wordt op zo rond de 20.000 geschat. Wereldwijd zijn meer dan duizend geslachten bekend welke verdeeld worden over tientallen subfamilies. Orchideeën worden ook weleens kort orchis genoemd, wat ook de naam van een specifiek geslacht is
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- bosvogeltje, handekenskruid, muggenorchis, orchis, schroeforchis, spiegelorchis, spinorchidee, tongorchis, wantsenorchis, wespenorchis
- aangebrande orchis, bergnachtorchis, bochtige jaguarbloem, bokkenorchis, calypso, dennenorchis, eenblad, groenknolorchis, grote keverorchis, harlekijn, hondskruid, honingorchis, hyacintorchis, ijle moerasorchis, kapjesorchis, kerstorchidee, kleine keverorchis, knotsorchis, koraalwortel, maanorchidee, moerasorchis, nachtorchis, nonnetjesorchis, paarse aspergeorchis, Spicers venusschoentje, spookorchis, vanille-orchidee, veenmosorchis, vlinderorchis, vogelnestje, vrouwenschoentje, welriekende nachtorchis, witte muggenorchis
Gangbaarheid
- Het woord 'orchideeënfamilie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.