omspoken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- om·spo·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van om bw en spoken ww
Werkwoord
omspoken [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
omspoken |
spookte om |
omgespookt |
zwak -t | volledig |
- het hier en daar bewegen van spoken
- (figuurlijk) geheimzinnig rondlopen of ronddwalen
Synoniemen
- [2] rondlopen, ronddwalen
Gangbaarheid
- Het woord 'omspoken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omspoken" herkend door:
31 % | van de Nederlanders; |
31 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be