Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·ne·ra·li·sa·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mineralisatie mineralisaties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de mineralisatiev

  1. de vorming van mineralen (anorganische stof)
  2. afzetting van mineralen in de aardkorst
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

89 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be