Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·cro·so·maal
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen microsomaal microsomaler meest microsomaal
verbogen microsomale microsomalere meest microsomale

Bijvoeglijk naamwoord

microsomaal

  1. (medisch) kleinste deeltje in een cel betreffend
Vertalingen

Gangbaarheid